Per 10/03/2021 gaat de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR) in voege.
Dit is een Europese verordening, die beleggers definitief duidelijk moet maken of een belegging nu al dan niet duurzaam is. Uitgevers van beleggingen moeten voortaan transparantie bieden over het duurzaamheidsgehalte van al hun beleggingsfondsen (incl. ETF). Daarbij wordt hun product toegewezen in 1 van 3 omschreven categorieën.
Afhankelijk van de categorie waartoe men behoort, gelden er andere precontractuele verplichtingen. Precontractuele verplichtingen zijn te volgen regels vooraleer de belegging effectief onderschreven wordt. Dus gedurende de informatie- of adviesfase waar de klant nog aftast of een product hem past. En waarbij een adviseur een oplossing voorstelt die geschikt en passend is voor de betrokken klant.
Artikel 6 : Producten die niet specifiek duurzaam zijn.
Uiteraard zullen die blijven bestaan. Maar voortaan moeten de uitgevers ervan de volgende informatie verschaffen:
- De wijze van integratie van duurzaamheidsrisico’s in hun beleggingsbeslissingen.
- Het resultaat van de beoordeling van de verwachte effecten van duurzaamheidsrisico’s op het rendement van hun product.
- Zo de uitgevers het duurzaamheidsrisico niet relevant achten, moeten ze in de eerste alinea van hun beschrijvingen duidelijk en beknopt uitleggen waarom dit zo is.
Maar ook de financiële adviseur moet zijn klant inlichten over:
- Op welke wijze duurzaamheidsrisico’s in zijn beleggings- of verzekeringsadvies geïntegreerd is.
- Het resultaat van de waarschijnlijke effecten van duurzaamheidsrisico’s op het rendement van het product dat hij adviseert.
Artikel 8: Producten waarvan de uitgevers aangeven dat ze ecologische – of sociale kenmerken hebben (en waarbij de onderliggende entiteiten ook goed bestuur hebben).
Dit zijn beleggingen die niet volledig duurzaam zijn, maar waar wel verhoogde aandacht voor ESG in het product ingebakken zit.
- Hier moeten de uitgevers informatie verstrekken hoe aan de betrokken ESG kenmerken voldaan wordt.
- Zo uitgevers een index als referentiebenchmark hebben, moet er informatie volgen op welke manier die index consistent is met die kenmerken. Ook moet men aangeven welke methode men gebruikt om de belegging met de referentie-index te matchen.
Artikel 9: Duurzame beleggingen.
- Zo de belegging een index als referentiebenchmark heeft, moeten de uitgevers informeren hoe de aangewezen index is afgestemd op het doel (duurzaam beleggen). En waarom + hoe deze aangewezen index verschilt van een brede marktindex.
- Zo de belegging geen index als benchmark gebruikt, moet men aangeven op welke wijze het doel (duurzaam beleggen) wordt bereikt.
- Heeft de belegging een vermindering van de CO2-uitstoot tot doel? Dan maakt men ook duidelijk in welke mate ze bijdraagt aan de langetermijn-doelstellingen hierrond (cfr. Klimaatakkoord van Parijs).
Tegengaan van greenwashing.
Het verstrekken van de precontractuele informatie moet er voor zorgen dat een belegger duidelijk weet welk type belegging hij uiteindelijk onderschrijft:
- Een bruine belegging, een belegging waar zo goed als +/ niets duurzaam aan is, wordt geregeld via artikel 6 van SFDR.
- Een gedeeltelijk duurzame belegging (die enkele ESG-regels volgt) valt onder artikel 8 terwijl
- een volledig duurzame belegging onder toepassing van artikel 9 valt.
Uiteindelijk is de bedoeling dat greenwashing niet meer mogelijk is. Greenwashing is een praktijk waarbij de uitgever de klant verleidt met een product dat aan de buitenkant groen, maar aan de binnenkant nog bruin is.
Revolutie in de fondsenwereld?
Het is een redelijk ingrijpende verordening. Ze zal voor uitgevers en financiële adviseurs wellicht zo onwenning aanvoelen als het beluisteren van het vreemde nummer Revolution 9 op (The) White Album van The Beatles.
Tot heden was de verplichting tot precontractuele informatie namelijk beperkt. Het volstond om informatie over risico (past dit product wel bij mijn beleggingsproduct?) en verwacht rendement (volgens verschillende scenario’s) te geven.
Voortaan moeten ook extra-financiële elementen de revue passeren. Pas daarna kan je een belegging onderschrijven. Dat bijkomende info zal ook in de oren van oppervlakkige – en/of traditionele beleggers vreemd aandoen.
Alles voor de European Green Deal?
Europa zet in op klimaatneutraal. Op vergroening van de economie en de samenleving. Dit is onze eigen moonshot.
Die European Green Deal gaat er echter vanuit dat de overheid alleen niet over de financiële middelen beschikt om de noodzakelijke vergroening van de maatschappij te realiseren. Om te slagen is het ook nodig om de private beleggingsmarkt aan te spreken. Institutionele beleggers, maar ook particulieren moeten mee op de kar springen. Anders lukt het niet.
Het geleiden van die Europees beleggingsgeld behoort tot de achterliggende doelen van de verordening.
Zo je bij het begin van de bespreking informatie meekrijgt over hoe bruin of groen een belegging is, dan verwacht Europa dat meer en meer mensen daar een punt van zullen maken. Zodat ze uiteindelijk zullen aandringen op een groene investering.
Dat zal op zijn beurt de aanbieders van financiële producten normalerwijze een stukje verder aanjagen richting duurzaamheid. Niemand wil wellicht als laatste het licht zien en de stempel van laggard opgedrukt krijgen.
De komende uitrol van Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR) verklaart wellicht ook waarom er in 2020 505 nieuwe ‘duurzame Europese fondsen’ opgericht werden. Volgens Morningstar waren er in totaal einde 2020 3.196 dergelijke fondsen.
Is de gevraagde verdieping haalbaar?
De nieuwe regelgeving zal van de fondsenindustrie én van de financiële raadgevers een mentaliteitswijziging vragen. De informatieverplichtingen waaraan zij moeten beantwoorden vergen grondiger analyses van hun eigen producten (en onderliggende elementen).
De regels opgelegd door het Europese Unie lijken eenduidig. Maar er is een groot verschil tussen een regel opleggen en uw werking dusdanig organiseren dat u aan de regel tegemoet komt. In die zin lijkt het toch een beetje op de boutade dat 1 zot (EU) meer vragen kan stellen dan 10 wijzen (fondsenuitgevers) kunnen beantwoorden.
- Ga bijv. maar eens objectief na wat het effect is van klimaatverandering op een gemengde portefeuille (op de obligaties van overheden, van bedrijven, op de aandelen van bedrijven waarin men belegd, op restproducten als goud die mogelijks ook in de portefeuille steken). En wat als je portefeuille na 6 maanden voor 30 % uit andere onderdelen opgebouwd is?
- Hoe waardeer je bijv. momenteel een aandeel van VW hierin? Zal het bij klimaatopwarming meer waard worden omdat het nu volop inzet op elektrische voertuigen? Of wordt de autoconstructeur ten gevolge van zijn eerder logge organisatie niet voorbijgestoken door allerlei jonge autoconstructeurs die from scratch en zonder een fossiel verleden mee te slepen wendbaarder zijn? ….
Je kan veel overwegingen maken, maar net als bij rendement en risico bestaat er m.i. ook geen glazen bol om met zekerheid de effecten van duurzaamheidsrisico’s in te schatten. En waar onzekerheid is, blijft de mogelijkheid van greenwashing. Of van niet-duurzame papierverspilling – en websitevervuiling. Vol met ellenlange caveats, waar een kat zijn jongen niet meer in erkend.
Wat met digitale verkoop?
We kunnen er niet onderuit. Veel mensen nemen meer en meer zelf -zonder adviesgesprek- hun beleggingsbeslissingen.
- Zelfs zonder COVID-19 bouwen banken hun kantoren af, waardoor de facto veel minder gesprekken van man tot man (m/v/x) plaatsvinden.
- Terzelfdertijd zien we dat (potentiële) beleggers het internet afschuimen naar tips en goedkope kanalen om op die tips in te spelen.
Die digitalisering kunnen we niet meer terugdraaien.
Zal de nieuwe regelgeving daar meer zijn dan een obligaat weg te klikken pop-upvenster? Of een aan te klikken vinkje? Dit valt af te wachten. We zien alvast dat beleggers nu reeds veel verplicht beschikbare informatie niet raadplegen. We denken aan prospectus, Essentiële Beleggersinformatie, …
Volstaat het dat de verplichtingen opgelegd door Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR) aanwezig zijn om zijn taak als digitaal kanaal nageleefd te hebben? Krijgen we dan geen soort GDPR n°2? We zagen bij de invoering van de privacy-wetgeving op alle websites gestandaardiseerde pagina’s verschijnen. De meeste websitebezoekers hebben die nooit grondig gelezen. En ze beschouwen de pop-up die verschijnt bij eerste consulatie van een website vaak alleen als hinderlijk oponthoud.
Zo het met de SFDR-regelgeving dezelfde weg opgaat, dan is er alvast geen gelijk level playing field tussen old advice (persoonlijk gesprek) en new advice (read all about it here!). Dan moeten de eersten weer eens extra bagage op hun schouders laden. Wat ze in de wedloop naar het hart – en de portemonnee van de klant verder achteruitslaat.
Sowieso lijkt een belegging steeds meer op een product uit de medische wereld. Wie heeft straks de langste- en meest onleesbare bijsluiter?
Onduidelijkheid troef 1 maand voor invoering.
Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat een steekproef die ik per 04/02/2021 uitvoerde bij een 20-tal fondsbeheerders zeer veel terughoudendheid (we zijn er mee bezig en kunnen nu nog niet mededelen onder welk artikel (6, 8 of 9) onze specifieke fondsen zullen vallen) opleverde.
Slechts enkele fondsbeheerders gaven voor specifieke fondsen aan – onder voorbehoud van definitieve goedkeuring – in welke categorie hun fondsen thuishoren. Voor zover ik het kon inschatten waren sommige antwoorden echter eerder wishfull thinking dan aan de regelgeving getoetst. De steekproef vond plaats tijdens NN Connect Live, waar ik via chat iedere aanwezige fondsbeheerder bevraagd heb.
Het zou dan ook niet verwonderen dat de implementatie van de richtlijn op de valreep nog wat uitgesteld wordt. Niet alleen voor fondsbeheerders, maar ook voor financiële adviseurs wellicht. Want op dit laatste front is het momenteel in België verdacht windstil. Vanuit regelgevende overheid is er nog geen informatie gekomen en ook de beroepsfederaties lijken mbt. deze materie tot heden geen initiatief te nemen.
Begin van uitvoering in onze werking.
Uitzonderingsmaatregel.
Op basis van art. 17 is Ethisch Beleggen niet onderhevig aan de nieuwe informatieverplichtingen. Dit omdat er minder dan 3 personen bij onze werking betrokken zijn. Maar het zou gezien het belang dat we zelf aan correcte informatie hechten én het feit dat de regelgeving in feite handelt over onze core business vreemd zijn dat we ons volledig aan de toepassing ervan onttrekken.
We zullen -rekening houden met onze beperkte mogelijkheden – de regelgeving naar best vermogen toepassen. Bij gebrek aan input vanuit de fondsenleveranciers zijn we nu nog niet SFDR-conform.
Wat deden we al?
- Er is alvast een extra kolom in de lijst met fondsen die je via ons kan onderschrijven toegevoegd. Je kan deze lijst hier vinden. Die extra kolom rubriceert of een fonds valt onder art. 6, 8 of 9 van de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR). Zoals je kan zien is er voor de meeste fondsen nu nog geen antwoord bekend.
- In het fondsenbestand dat wij op Excel bijhouden voorzien we hier ook ruimte voor. Dit laat ons toe om een bijkomend informatie-element in onze modelportefeuilles op te nemen (volgens welk artikel zijn de fondsen in onze modelportefeuilles gehomologeerd?).
- In onze eigen portefeuille hebben we eveneens een kolom toegevoegd. Vanaf eind februari kan je daar eveneens terugvinden onder welk art. de door ons onderschreven fondsen resorteren.
- Onder het tabblad DISCLOSURE op deze site hebben we een eerste duiding opgenomen hoe we:
- duurzaamheidsrisico’s integreren in onze investeringvoorstellen
- ons verloningsbeleid (commissieverwerving) in overeenstemming is met de bovenstaande integratie.