Robeco schreef op 23/08/2022 een korte beschouwing over de stand van zaken met betrekking tot de duurzame ontwikkelingdoelen (SDG) . Aanleiding hiervoor was dat we ons momenteel in de helft van de voorziene tijd voor realisering bevonden. De SDG werden immers in 2015 door de VN gelanceerd als opvolging van de Millenniumdoelen. Beoogd werd dat deze tegen 2030 bereikt werden.
Kritiek op de SDG.
De schrijver, verantwoordelijk voor de SDG-strategie bij Robeco begint zijn artikel met de melding dat de SDG van bij de aanvang niet vrij waren van kritiek. Sommigen vonden dat er op teveel doelen gefocusd werd. Anderen zagen hiaten en hadden op meer duurzame ontwikkelingsdoelen gerekend.
Weer anderen vonden het geheel te idealistisch zodat het gevaar bestond dat alles in de lucht bleef hangen wegens gebrek aan echte handhavingsmechanismes. In een recente studie besloot bvb. Nature dat overheden wel lippendienst bewezen aan de SDG, maar dat hun dadendrang om deze effectief te helpen realiseren eerder beperkt was. Er is bij diverse overheden immers zo goed als geen wijziging in hun wettelijk kader of in de oriëntering van hun (financiële) middelen gebeurt om de SDG daadwerkelijk te bereiken.
Tevens was er de kritiek dat de duurzame ontwikkelingsdoelen niet consistent waren, elkaar overlapten of -erger nog- elkaar in de weg lopen. Sommige SDG hebben een negatieve invloed op andere, zodat de kosten om alle doelen te bereiken zelfs oplopen. Als voorbeeld werd SDG 8 (waardig werk en economische groei) aangehaald. Een doelstelling die je niet kan bereiken zonder in conflict te komen met SDG 13, 14 en 15, respectievelijk “klimaatactie”, “leven in het water” en “leven op het land“.
Te trage vooruitgang.
Een groot punt is dat het bereiken van de SDG veel te traag gaat. Momenteel zit géén enkel land op het juiste traject om de doelen te bereiken tegen 2030. De Covid-19-epidemie wordt hiervoor vaak als excuus ingeroepen. Covid-19 heeft het proces tot stilstand gebracht of zelfs doen achteruitgaan. Bijvoorbeeld SDG 3 (goede gezondheid en welzijn) ondervond de nadelige effecten van de wereldwijde epidemie.
Kijk je verder dan de pandemie, dan is vooral de negatieve trend mbt. de milieu & klimaatdoelen zorgwekkend. Zo we de klimaatverandering niet aanpakken en het verdwijnen van de biodiversiteit niet kunnen stoppen, valt te vrezen dat we geen enkele SDG realiseren. Gezien alle sociale systemen afhankelijk zijn van een goede natuurlijke omgeving.
Als we de duurzame ontwikkelingsdoelen niet kunnen realiseren, zouden we ze dan niet beter achter ons laten? Een huwelijk dat niet werkt, dat hou je vandaag de dag toch ook niet in stand? Sommige duurzaamheidsprofessionelen opteren hiervoor.
Dumpen maar?
In een artikel in het Financieel dagblad pleitte Hans Stegeman, bij Triodos Bank verantwoordelijk voor het investeringsbeleid, recentelijk om het nastreven van de SDG te laten vallen zo we ze niet kunnen verbeteren. De kritiek van Stegeman behelst 3 domeinen.
- Vooreerst lijken we de complexiteit en de onderlinge verbondenheid van de SDG’s te ontkennen. Organisaties (bedrijven, financiële instellingen, overheden, … ) pikken er de kersen uit die bij hen passen en steken die op hun hoed. Maar hiermee bevestigen ze alleen wat ze reeds doen. Zo worden allerlei SDG door de financiële sector in de schijnwerpers gezet zonder dat hun financiële stromen geheroriënteerd worden.
- Ten tweede lijken de onderlinge afwegingen te ontbreken. In feite worden de SDG nu op gelijke voet gezet, terwijl er eerder een rangschikking in doelen nodig is. Alle doelen bereiken is onmogelijk. In het rijke Westen hebben wij onze sociale welstand behaalt door ons niets aan te trekken van een duurzame toekomst en op de kap van armere landen. Nog meer economische activiteit, zoals door sommige van de SDG gesuggereerd wordt is gewoon niet draagbaar door de planeet.
- Tot slot hekelt hij ook het idee dat duurzaamheid ge-“engineered”/gestuurd kan worden. Het is wel zo dat groei en technologie kunnen bijdragen tot een duurzame toekomst . Maar evengoed hebben ze vaak juist een tegengesteld effect.
Eerder hadden ook een 100-tal docenten/professoren in een open brief aan de VN laten weten dat de het cruciaal is om de waarheid te spreken over de SDG. Omdat verbloemen en rond de pot draaien slachtoffers maakt. Hun boodschap luidde ” mensen zullen harder lijden als professionelen zich laten misleiden rond duurzame ontwikkeling.”
Maar toch blijven de SDG relevant.
Hoewel bovenstaande kritiek reële problemen met de duurzame ontwikkelingsdoelen belicht, ondermijnen ze de onderliggende belofte ervan niet. Wereldwijde doelen stellen blijft een goede manier om duurzaamheid vorm te geven. Voor het eerst in haar geschiedenis heeft de mensheid een gedeeld plan op basis van tastbare doelen om een betere wereld vorm te geven.
Het feit dat de vooruitgang rond de SDG te traag gaat is geen reden om de doelen zelf te schrappen. Immers, zelden zijn grote gebeurtenissen ontsproten uit verminderde ambities, lazen we eerder in Nature.
We leven in een wereld waarin het miljoenen mensen hun basisbehoeftes niet kunnen vervullen. En bevinden ons op een plaats waar natuurlijke habitat in snel tempo afgebroken wordt door klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit en vervuiling. Daar proberen een betere wereld opbouwen moet meer zijn dan een luchtkasteel.
Dat betekent noodzakelijkerwijze dat een groot aantal werkpunten gelijktijdig moeten aangepakt worden. En dat er tussen deze een zo goed mogelijke balans moet gevonden worden. Terwijl er ook nog eens meer druk achter gezet moet worden om deze te realiseren. Overheden, bedrijven en investeerders moeten een serieuze inspanning doen om echt werk te maken van het bereiken van deze doelen in plaats van er alleen over te palaveren. De Robeco-auteur vermeldt daarbij dat uit zijn onderzoek bleek dat er 3 prioriteiten zijn om vooruitgang te kunnen maken:
- verbetering van het beleid rond de SDG op macroniveau,
- acties ondernemen op de raakvlakken tussen de afzonderlijke doelstellingen en
- de particuliere sector verder mee in het bad trekken.
Investeren in -en zich engageren voor- de SDG.
Uiteindelijk vergen de duurzame ontwikkelingsdoelen ook de ondersteuning van investeerders. Algemeen gesteld kunnen die aan 2 touwtjes trekken: kapitalen oriënteren én hun aandeelhouderschap actief gebruiken.
Vooreerst kunnen beleggers de SDG helpen door de gelden te sturen in de richting van bedrijven die op een positieve manier bijdragen aan de duurzame ontwikkelingsdoelen en weg van deze die deze juist in de weg staan. Dat veronderstelt kennis over welke van de bedrijven uit een beleggingsuniversum impact heeft op de SDG. De auteur prijst daarbij zijn eigen werkgever. Robeco heeft een eigen kader uitgewerkt, waarbij de positieve – of negatieve bijdrage van bedrijven aan de SDG in kaart gebracht wordt. Zodat het duidelijk is welke uiteindelijk geschikt blijven voor investeringen.
Ten tweede kunnen investeerders/beleggers zich engageren als actieve aandeelhouders in de bedrijven. Waarbij ze hun stemrecht kunnen inzetten om het gedrag van de bedrijven mbt. de SDG te sturen. De combinatie van actief management én actief aandeelhouderschap kan erg krachtig zijn. Vooral in bedrijven van wie de activiteiten schadelijk zijn voor het bereiken van sommige doelen.
Laten we verder doen.
Alle kritiek, hoe juist hij ook mag zijn, mag ons niet doen besluiten om de duurzame ontwikkelingsdoelen op te geven. Integendeel, we zouden moeten evalueren of de acties die we momenteel ondernemen wel een positieve invloed hebben. En hoe we die nog kunnen verbeteren.
Klimaatverandering, verlies van biodiversiteit, armoede, ongelijkheid en betere toegang tot gezondheidszorg zijn echte problemen. De SDG zijn een wereldwijd initiatief om er aandacht aan te besteden vanuit alle hoeken van de samenleving – overheden, zakenwereld, maatschappelijk middenveld – en om de uitdagingen aan te pakken. De SDG laten vallen zal die echte problemen niet oplossen. Ze aanhouden zal eerder een impuls zijn om verder te werken aan de uitdagingen. Daarom, laten we beginnen om de SDG te zien als meer dan een verlanglijstje. Laten we hun complexiteit omarmen, beter beleid ontwikkelen om ze te implementeren en verder aan de slag blijven.
Even een eigen voetnoot toevoegen.
Tot zover de bijdrage van Robeco. Bij het lezen ervan kwam bij mij spontaan bovendrijven dat niet alleen Covid-19 voor vertraging zorgde. Er zijn in de VS bijv. in de voorbije jaren politieke krachten in de voorbije jaren aan de macht geweest die ook niet erg bevorderlijk waren voor de doelstellingen van de VN. En momenteel speelt de oorlog in Oekraïne (en de energiecrisis die er het gevolg van is) stoorzender.
En wat te denken van wat gebeurt op ons eigen continent? Daar probeert men zowat de volledige financiële sector in een keurslijf te duwen om pal achter een gebetonneerde versie van duurzaamheid te gaan staan. Helaas loopt de regelgeving zichzelf voor de voeten.
- Er worden verplichtingen opgelegd zonder dat er concrete data zijn om die verplichtingen te kunnen naleven.
- Regelgeving die reeds anderhalf jaar in voege is (SFRD) wordt nog steeds technisch verder uitgewerkt.
- En werd ook al gewijzigd in het kader van een andere reglementering (de EU taxonomie – gericht op definiëring– bevat ook wijzigingen rond SFRD -gericht op transparantieverplichtingen-).
- …
Gevolg hiervan is chaotische implementatie, veel onduidelijkheid en frustratie bij ontwikkelaars, verkopers en klanten. Een in se nuttig geheel van instrumenten wordt op die manier dwars in de markt gezet. Waardoor die markt quasi 4 jaar met implementatie zal bezig zijn. 4 jaar uit de tijdspanne van 15 jaar die er was om de SDG te realiseren. 4 jaar van formalistische vormgeving en niet van echte vooruitgang. 4 jaar waarbij de kans verkeken is om financiële producten inhoudelijk echt meer op de SDG af te stellen. .
Als uiteindelijk de effecten van de regelgeving duidelijk (en hopelijk positief) zullen worden, valt te vrezen dat 2030 al een tijdje achter de rug ligt. Maar voorlopig is het eerst nog even puzzelen. Hoe klonk die ook al weer? Die zegswijze met de woorden ‘vinden, ‘kat‘ en ‘haar jongen‘?