Een logo liegt er niet om …
Voedingsgigant Nestlé SA is een bedrijfsgroep met een uiterst vriendelijk logo: een vogel aan zijn nest, die (mits fantasie) zijn/haar (?) jongen aan het voeden is. Op het jaarverslag springt hun slogan in het oog “Good food, Good life “. De omslagfoto illustreert de positief geformuleerde doelstelling van het bedrijf: We ontsluiten de kracht van voedsel om de levenskwaliteit voor iedereen te verbeteren. Zowel vandaag als voor de komende generaties. Wauw, dat komt binnen!
Het hoeft dan ook niet te verwonderen dat Nestlé een duurzaam imago heeft. En dit ook systematisch cultiveert. De leidt er onder meer toe dat het bedrijf bij de Dow Jones Sustainable World Index (DJSI) zwaar doorweegt. Het haalt er de Top 10 qua gewicht. Maar hoort Nestlé daar wel thuis? Of is het eerder een koekoeksei in het duurzaamheidsnest?
… of misschien toch wel?
Een aaibaar logo neemt niet weg dat je Nestlé ook kan zien als een wereldwijd vertakte voedseloctopus. Met veel belangen over alle continenten (291.000 medewerkers, 403 fabrieken, actief in 187 landen). En dus ook met veel invloed op het dagelijks leven van honderden miljoenen consumenten.
Het bedrijf is zich ook bewust van zijn invloed. Het erkent dat het daar ook verantwoordelijkheid voor draagt. In 2010 schreef het hiertoe zijn beginselen voor bedrijfsvoering neer.
Met focus op 5 “doelgroepen” werden 10 principes vastgelegd:
- Consumenten
- Nutrition, Health and Wellness
- Kwaliteitsborging (sic Google-translate) en productveiligheid
- Communicatie met consumenten
- Mensenrechten en arbeidspraktijken
- De mensenrechten in onze bedrijfsactiviteiten
- Onze mensen
- Leiderschap en persoonlijke verantwoordelijkheid
- Veiligheid en gezondheid op het werk
- Leveranciers en klanten
- Relaties met leveranciers en klanten
- Landbouw en plattelandsontwikkeling
- Het milieu
- Ecologische duurzaamheid
- Water
Vegen voor eigen deur …
Nestlé besteedt erg veel energie aan haar uitstraling. Zichzelf in het zonnetje zetten behoort tot het verleidingsproces naar de consument en de media. Zo wordt er jaarlijks een mooi glossy duurzaamheidsrapport opgemaakt. Het laatste vindt u hier. Het oogt allemaal erg indrukwekkend. En verre van ons om te stellen dat dit allemaal oogverblinding (greenwashing) is. Een wereldwijd opererend bedrijf heeft natuurlijk veel items waar kan aan gewerkt worden. En het lijkt dit ook effectief te doen. De insteek van de Belgische voorzitter Paul Bulcke, die sinds 1979 aan het bedrijf verbonden is, heeft daar zeker toe bijgedragen.
… maakt vegen achter de eigen deur niet overbodig.
Toch is Nestlé in het verleden regelmatig tegen controverses aangelopen. Bij sommigen ervan werd tot boycot van het bedrijf opgeroepen.
De site ethicalconsumer.org wijdde daar dit (ongedateerd) artikel aan. De Nederlandse duurzame ASN-bank besloot Nestlé uit haar beleggingsuniversum te stoten en motiveerde dit op die manier. Er zijn dus partijen die effectief vinden dat Nestlé eerder een koekoeksei in het duurzaamheidsnest is. Een ei dat ze er liever uitkieperen.
En zeer recent (31/05/2021) pakte The Financial Times uit met een interne bedrijfsnota, die vorig jaar onder de topmedewerkers van het bedrijf circuleerde. En daar werd zomaar toegegeven dat “meer dan 60 % van onze populaire eet- en drankproducten niet voldoen aan de algemeen aanvaarde definitie van wat gezond is“. Verder zouden “sommige van onze onderdelen of producten nooit het label gezond kunnen krijgen. Hoe hard we die ook verder vernieuwen“.
Shocking?
Zeker als in het eerste punt van hun eigen 10 principes zwart op wit staat “Onze belangrijkste doelstelling is om elke dag en overal bij te dragen aan de levenskwaliteit van consumenten door gezondere en lekkerdere voeding en dranken aan te bieden en een gezonde levensstijl te stimuleren. Dit komt tot uitdrukking in onze bedrijfsvisie Good Food, Good Life“. Of als het 2e punt uitgeschreven werd als “Overal ter wereld vertegenwoordigt de naam Nestlé een belofte aan de consument dat het product veilig is en aan hoge normen voldoet“. Om van het 3e punt maar te zwijgen waar we lezen “Wij zetten ons in voor verantwoordelijke betrouwbare communicatie met consumenten, die consumenten in staat stelt bewuste keuzes te maken en gezonde eetgewoonten bevordert. …”
Wat na het Mea Culpa?
De interne communicatie verwees naar het Australische ratingssysteem rond gezondheid. Een schaal tot 5, waarbij algemeen aanvaard wordt dat een product minstens 3.5 moet scoren om als ‘gezond’ gezien te kunnen worden. Nu is elk ratingsysteem nooit perfect (zie de recent aangepaste bijsturing), maar dit neemt niet weg dat de bazen van Nestlé zich terecht zorgen maken over een groot pak van hun omzet. Dit gezien de stijgende druk van wetgevers en de veranderende verwachtingen van consumenten.
Zal Nestlé nu
- nog harder inzetten op het ontzouten en ontsuikeren van zijn producten, terwijl ze toch hun smaak behouden?
- bepaalde afdelingen (denk aan snoep, ijs, pizza,…) afstoten?
- nieuwe producten met spoed gaan ontwikkelen of via overnames proberen in portefeuille te krijgen (denk aan vleesvervangers)?
- zich meer gaan toespitsen op baby- & dierenvoeding + medische producten? Deze laatste 3 producten die ook een groot deel van de bedrijfsomzet uitmaken waren niet inbegrepen in het onderzoek.
Reactie in de buitenwereld?
Het viel op dat er in de lokale pers, buiten De Tijd, weinig aandacht was voor de uitgelekte nota. Mogelijk is de invloed van de reclameregie daar debet aan. Met een merkenpallet dat pagina’s lang is, kan kritiek op het merk reclamebestedingen in het eigen kanaal weghouden. Mogelijk is die vrees zelfs niet onterecht. De rendabiliteit van de krant/het tijdschrift/ … verbetert er niet op in digitale tijden. Reclame-inkomsten zijn dan ook meer dan ooit nodig.
Of het merk Nestlé ook een deuk zal oplopen op zijn duurzaamheidsimago moet blijken.
- Zal het uit de Dow Jones Sustainability Index verdwijnen?
- Zal het verkocht worden door diverse fondsbeheerders, die het mede om zijn duurzaam imago in portefeuille hielden? Zo blijkt uit een beperkte steekproef dat Nestlé per 30/04/2021 1 van de belangrijkste participaties was bij o.m.
- Pictet-Quest Europe Sustainable Equities (gewicht van 5,74 %),
- NN (L) European Sustainable Equity (5,66%)
- Candriam Sustainable – Europe (31/03/2021: 3,91 %)
- DPAM Invest B- Equities Europe Sustainable (2,11 %)
- Nordea 1 – European Stars Equity Fund (4,66 %)
- Amundi Actions Europe ISR (2,68%)
Selecteren op ESG is soms een fuik.
Zowel Nestlé zelf, die er alles aan deed om te rapporteren over haar inspanningen als vermogensbeheerders, die bedrijven oppikken op basis van hun ESG-beleid, hebben hier blijkbaar iets essentieels over het hoofd gezien. Met name de vraag: “Is de kernactiviteit van het bedrijf wel kwaliteitsvol genoeg?“.
Zeker, er is bij Nestlé aandacht voor de milieu-impact (E), het personeelsbeleid (S) lijkt OK en bestuurlijk (G) lijkt het bedrijf ook goed georganiseerd te zijn. Maar veel van wat ze maken blijkt qua voedingswaarde ondermaats te zijn. Zo draagt het bedrijf -ondanks zijn neergeschreven intenties- niet bij aan de gezondheid van zijn klanten. In een wereld met o.m. stijgende obesitascijfers hebben voedingsverstrekkers een verantwoordelijkheid. Niet alleen weegt overgewicht op de gezondheidsuitgaven van de landen, maar het verhoogt ook de sterftekans bij de consument. In de coronapandemie hadden de meeste gehospitaliseerde- en overleden patiënten overgewicht.
Meer aandacht voor voedselsrisico’s bij duurzaam beleggen.
Uiteraard is iedereen blij als Coca-Cola zijn plastic-verpakkingen reduceert en meer inzet op zero-coke. Maar zolang dat het zijn originele frisdrank (en zustermerken als Fanta, Sprite, …) blijft aanmaken en promoten, lijkt het straf dat dergelijke bedrijven opgenomen worden in duurzame selecties. Nochtans is dit vandaag de dag de werkelijkheid. Zo vinden we Coca-Cola terug in sommige ESG-ETF’s.
Het wordt dus tijd om alvast de S (social) van ESG echt uit te breiden tot de ‘invloed van het bedrijf/product op de volledige maatschappij’. Dan zullen tandbederf, zwaarlijvigheid, diervriendelijkheid, … mee in de evaluatie-oefening genomen worden. En zullen onder meer voedings- en drankbedrijven minder gemakkelijk door de mazen van de selectiecriteria kunnen glippen.
Duurzaam beleggen begon met uitsluitingscriteria. Er werd niet geïnvesteerd in wapenproducenten of tabakverwerkers, … . Dit zijn relatief gemakkelijk te maken keuzes.
Bij voeding- en drankproducten ligt dit minder duidelijk. Wil je alcoholhoudend, suikerhoudend, calorierijk, … eten en drinken evalueren en daarbij grenzen trekken, dan moet je dieper analyseren en je nek uitsteken. Waar ligt de grens? Wat accepteer je en wat niet? Waarom? Fondsbeheerders die zich in duurzame voeding specialiseren doen dit al. Een voorbeeld van dergelijk fonds is DPAM INvest B Equities Sustainable Food Trends. Regionaal geïnspireerde fondsbeheerders selecteren niet zo nauw. Daar is zeker nog ruimte voor verbetering van het selectieproces en verscherping van de criteria.
Parasitair gedrag beëindigen.
Duurzaam – of ethisch beleggen vergt keuzes maken en verdieping die nooit definitief is. Een maatschappij en de normen die zij hanteert veranderen. Sommige belangrijke aspecten kunnen jaren aan een stuk onder de oppervlakte sluimeren en dan plots opduiken. Met het inzicht van vandaag stel je dan de vraag “hoe kwam het toch dat we dit niet vroeger ingezien hebben?”, “hoe kan het dat we niet eerder maatregelen namen?”. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er af en toe een bedrijf dat eerder quasi een standaard was in de keuze van vermogensbeheerders met pek en veren besmeurd wordt en uit de gratie valt.
Zo blonk Volkswagen AG tot aan het losbreken van het dieselgateschandaal ook prominent in menig duurzaam beleggingslijstje. Vanaf september 2015 werd dit als een koekoeksei dan uit het nest gegooid. Nu wordt het gezien zijn inzet op elektrisch rijden weer langzaam door duurzame beleggers opgepikt. Zal Nestlé hetzelfde te beurt vallen? Er lijkt alvast minder verontwaardiging in de publieke opinie te ontstaan.
Wikipedia leert ons dat de koekoek een broedparasiet is. Het vrouwtje legt haar eieren in nesten van andere vogelsoorten en laat de jongen door die andere soort verzorgen. Dat het aandeel van Nestlé aangroeide omdat het mee opgenomen was in de duurzaamheidscanon, kan moeilijk ontkent worden. Soms heb je echter een externe schok nodig om jezelf de herdefiniëren. De spreuk luidt immers “je kan geen omelet bakken zonder eieren te breken”. Zal Nestlé haar koekoeksei -eens het uit het duurzaamheidsnest geschopt is-, kunnen verwerken tot iets met meer echte voedingswaarde? In voorkomend geval kan het straks -na het uitzweten van haar ontmaskering- weer opgepikt worden door vooruitziende vermogensbeheerders, die hun fondsen op ESG of impact willen profileren.