De eerste maand van het nieuwe jaar was er 1, die op termijn wel eens historisch zou kunnen zijn.
- De langetermijnrentes stegen in Europa terug boven de 0 %.
- Aan de grens met Rusland dreigde het tot schermutselingen, zo niet oorlog te komen.
- De olieprijzen (en de aandelen van hun bedrijven) bleven verder oplopen. De Techaandelen daarentegen liepen leeg.
- De inflatie piekte op 7,59 %. We moeten tot augustus 1983 teruggaan om nog zo’n piek tegen te komen.
Normaal gesproken zegt men dat beurzen stijgen op een berg van zorgen (in het Engels: ” They climb the Wall of Worry“). Zorgen genoeg, maar ditmaal geen stijging.
Ook niet in onze eigen portefeuille. Deze verloor op 1 maand 7,44 % van haar waarde.
- Zijn onze fondsbeheerders te traag in hun reacties geweest?
- Beschouwen ze de huidige situatie als een tijdelijke appelflauwte? Een periode die men beter uitzit zonder halsoverkop uit- en terug in de markt te stappen.
- Of zijn ze volop aan het kopen gebruikmakend van de solden in de markt?
End of an Era?
We weten het niet omdat we niet in hun bestuurskamers zitten. Misschien evolueren we stilaan naar “back to normal”, na een quasi ononderbroken stijgingslijn sinds maart 2009.
De terugkeer van de inflatie lijkt alvast permanenter dan gedacht. En hierop zullen allerlei herijkingen volgen.
Wat nu?
Het is alvast een periode waarin nieuwe beleggers, die met de vingers in de neus tot heden alleen maar hun koersen zagen oplopen, gaan inzien dat je met beleggen ook op je bek kan gaan. Dat “risico” effectief bestaat en dat sommige aanlokkelijke investeringen misschien toch maar one-trick pony’s waren.
Wat zijn de alternatieven?
- met een spaarrekening aan 0,11 % verlies je gegarandeerd ook geld. Je € 100 is volgend jaar (al de inflatie aanhoudt) nog maar € 92,51 waard.
- vastgoed houdt tot heden goed stand. Toch zijn ook hier tekenen aan de wand. Als de rente opnieuw stijgt (zie aangekondigde 4 à 5 rentestijgingen in de VS + zie inflatie), dan heeft dit onvermijdelijk een negatief gevolg op de afbetalingscapaciteit van ontleners. Dit zou een rem en mogelijk zelfs een daling op de prijzen in de vastgoedmarkt kunnen uitlokken.
- Goud en zilver hebben historisch gezien een lage correlatie met aandelen.
Gaan aandelen onderuit, dan kan het hebben van goud en zilver de pijn verzachten. Maar ook in deze markt zijn er geen zekerheden.
- Cryptomunten worden door veel jonge beleggers gezien als een beleggingsinstrument met veel potentieel. Nochtans schommelt de waarde nog meer dan die van aandelen op de beurs. Zelf ken ik er niets van. Een econoom als Gert Noels noemt Bitcoin -weinig vleiend- een hoogtechnologisch geperfectioneerd Ponzi-schema. (In dit artikel geeft hij ook goud een flinke veeg uit de pan).
- Obligaties dan maar? RTL vroeg aan enkele beursexperten naar hun vooruitzichten voor 2022. Omdat inflatie en rentestijging een natuurlijke vijand zijn van obligaties, werden die alvast niet aangeprezen.
- …
Weglopen van – of omarmen die volatiliteit?
Al deze suggesties neigen naar een TINA-scenario. De vaststelling dat er quasi geen alternatief is voor beleggen. Ondanks het feit dat we in januari flink achteruit boerden. Als er iets is wat ons belooft werd door voorspellers, was het wel dat de volatiliteit in 2022 redelijk hoog zou zijn.
Je kan daarvan weglopen of je kan deze omarmen.
- Er van weglopen betekent dat je kiest voor vlakkere parkoersen. Minder schommelingen betekent meestal vlakkere resultaten (en minder hoge rendementen).
- Ze omarmen betekent vertrouwen blijven hebben om de achtbaan. Ook op momenten dat je je ogen liever dichtdoet omdat je aan hoge snelheid onderste boven hangt. Op een dergelijk moment uit je gondel springen omdat je je misselijk voelt is alvast geen goed idee.
Wat zeker is: de berg van zorgen is niet verdwenen per 01 februari.