geef uw geld meer waarde

BELEGGEN? JA, maar niet ten koste van DE PLANEET EN DE SAMENLEVING! VIa DEZE one-stop-shop kan je in meer dan 100 ethische beleggingsverzekeringen investeren. Beschikbaar vanaf € 104 (periodiek beleggen) of € 2.600 (eenmalig BELEGGEN).
Wat past het best bij jouw principes en risiCoprofiel? we zoeken het samen uit: ☎ 0495/22 49 77 – ⌨ info@ethischbeleggen.com

Duurzaam Beleggen: een zinvolle insteek of toch vooral een akte van hoop, geloof en liefde?


 

Beleggers zijn -hoewel ze het van zichzelf vaak anders denken- niet de meest rationele wezens. Het volstaat om te kijken naar hun kuddegedrag als de beurzen het goed (allen daarheen) of slecht (zo snel mogelijk weg) doen. Een andere plaats waar je met datzelfde het irrationele buikgevoel geconfronteerd kan worden is de persoonlijke reactie van lezers in magazines, kranten en blogs. De financiële blog “Mijn kapitaal” brak recent een lans voor meer aandacht voor ESG. In de commentaren op het artikel Slavernij in 2017… kon men onder meer het volgende lezen:

Wat een tendentieuze vooringenomen bullshit en dat op deze site. Mijn beleggingen moeten geld opbrengen. Daar gaat beleggen over, niet over gemoraliseer (en dan nog volledig ten onrechte). …

Als betrokken partij lees ik dan (door mijn vooringenomenheid) feitelijk: “alleen domme mensen houden zich bezig met extra-financiële criteria bij hun beleggingen“. En uiteraard voel ik me dan Harvey Weinstein-gewijs in het kruis getast. Op zo’n moment gaan automatisch ook verdedigingsmechanismes hun werk doen. Eén van de gemakkelijkste is dan teruggrijpen naar een zegswijze die schrijver ervan voor schut zet en u bevestigt in het eigen grote gelijk. Eentje zoals u hieronder ziet.

Maar in feite is dit  ontwijkingsgedrag. Misschien is dergelijke uitspraak ook goed om even je eigen zekerheden terug in vraag te stellen.

Waarom ben ik overtuigd van het tegendeel van schrijvers visie? Is mijn opvatting niet simpelweg een geloofskwestie? Ik geloof/hoop dat duurzaam beleggen zinvol is. Dat rekening houden met factoren als milieu-impact (E -Environmental), sociale insteek (S – social) en bestuurlijke transparantie ( G -Governance) op termijn ten goede komt aan het rendement van mijn belegging.

Ik heb een begin van bewijs bij de resultaten van de modelportefeuilles en de eigen persoonlijke portefeuille die ik er op nahoudt. Maar daar staat dan tegenover dat alle beleggers die de voorbije 10 jaar (na de financiële crisis) met een gespreide portefeuille belegden in feite een goede zaak deden.

Verzamelde bewijzen uit meer dan 2000 op ervaring gebaseerde studies over het verband tussen ESG en financiële opbrengst.

Is er wetenschappelijk onderzoek dat voldoende ruim opgevat is en hier duidelijkheid over kan brengen?  In hetzelfde hoekje met lezerscommentaren was er een “medestander”, die verwees naar een studie, die zelf aan mijn aandacht ontsnapt was.  Een studie die met deutsche Gründlichkeit leek aangepakt te zijn en eind 2015 gepubliceerd werd in Journal of Sustainable Finance & Investment onder de titel ESG and Financial Performance: Aggregated Evidence form More than 2000 Empirical Studies  .

Om die verschillende studies te synthetiseren heeft men gebruik gemaakt van statistiek. Nu is dit niet mijn vakgebied en ben ik geneigd (ook door vooringenomenheid) hier vragen bij te stellen. Godfried Bomans leerde me immers dat je gemakkelijk kan verdrinken in een rivier die gemiddeld maar 1 meter diep is.

Een groot deel van de pagina’s uit de studie gaat op aan uitleg over de door hen gebruikte methode. En hoe ze die toegepast hebben. Op dat vlak haak ik vrij vlug af, wegens gebrek aan deskundigheid. Ik onthou dat er grosso modo 2 wijzen van benadering gebruikt zijn:

  • Vooreerst een methode die gewoon de stemmen telt. In iedere beschikbare studie werd gekeken wat het resultaat was: Draagt aandacht voor ESG positief , negatief of neutraal bij aan het financieel rendement dat behaald wordt? Wie het meeste aantal stemmen haalt, wint.
  • Ook werd er gewerkt met meta-analyse. Een wijze, waarbij men via een kwantitatieve samenvatting van een aantal vergelijkbare studies synthetiseert en ervan uitgaat hierdoor een grote representativiteit uit de resultaten van alle studies te samen te kunnen halen.

Hoewel beide methodes anders werken, lieten de globale resultaten een relatieve eensgezindheid zien. Deze kan zich vertalen als ” inzetten op een ESG -investering is een sterke business case”.

  • 90 % van de studies laat toe te concluderen dat er geen negatieve relatie is tussen aandacht voor ESG en financiële return (lees: het schaadt alvast niet).
  • een grote meerderheid van de onderzoeken laat juist een positief verband optekenen (lees: meestal helpt het zelfs).
  • dit positief verband is constant over gans de duurtijd die de verschillende studies overspant (+/- 1970 tot 2014).
  • er zijn veelbelovende resultaten te behalen door verder te diversifiëren naar regios, of naar jonge beleggingsklassen als emerging markets en groen vastgoed

De auteurs denken dat dit uitgebreide overzicht van academische studies, die men verwerkte, toelaat om veralgemeende uitspraken over de materie te doen.

Toch 1 kanttekening: de resultaten bij duurzame beleggingsfondsen (mutual funds) zijn wat minder uitgesproken. De onderzoekers wijzen er op dat onder meer de relatief hoge kostenfactoren verbonden aan de fondsenindustrie hier verantwoordelijk voor is. En als je naast de klassieke evaluatiecriteria bijkomend op ESG screent, heb je inderdaad iets meer tijd nodig dan een collega fondsbeheerder die dit niet doet.

Nu momenteel (cijfers 2015) meer dan 60 trillioen (6 en 16 nullen) $ in beleggingen (of 50 % van de totale wereldwijd institutionele beleggingen) rekening houden met de Principles for Responsible Investment (PRI) biedt de studie een duidelijk bewijs dat het engagement van de financiële wereld t.a.v. ESG bij investeringsbeslissingen geen windeieren legt.

Waarom weet de modale belegger dit niet?

Toch stroomt deze benadering nog onvoldoende door naar de mainstream-belegger.

  • De kostengevoeligheid van de modale belegger speelt hier mogelijk in mee. Aangezien institutionele beleggers over grote bedragen beschikken, zijn die kosten daar gemakkelijker uit te vlakken over de massa aan geld.
  • Tevens zijn institutionele beleggers ook meer en meer gevoelig aan reputatieschade. Je zal als religieuze organisatie maar meemaken dat bekend wordt dat je je geld (of dit van je leden) belegt in wapens of in bedrijven die het niet nauw nemen met de menselijke waardigheid). Als je als individu in dergelijke bedrijven investeert, is er bijna geen kat die dit kan achterhalen, gezien particulieren geen transparantieverplichting hebben.
  • Mogelijk heeft dit te maken met het feit dat minder dan 25 % van de professionele beleggingsadviseurs rekening houdt met extra-financiële informatie bij hun investeringsbeslissingen.
  • Slechts een 10 % van dezen heeft hierrond een opleiding gekregen (Deze cijfers komen uit dezelfde studie).

De laatste 2 feiten wijzen in de richting dat de kennis over duurzaam beleggen nog te klein is en daardoor blijft het water te diep om overstag te gaan. Daarom ook duurt de discussie of ESG nu wel dan niet samengaat met financieel rendement al meer dan 40 jaar bij de gewone belegger.

Zolang kostengevoeligheid belangrijker blijft dan morele principes én zolang de informatie niet doorstroomt, blijven de vooroordelen bestaan en discuteert men vaak met weinig meer argumenten dan wat het buikgevoel naar boven brengt. Of zoals ze in Nederland zeggen:  “Wat de boer niet kent, dat vreet hij niet.”.


Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *